Runderen hebben van nature hoorns. Toch is de algemene zienswijze dat het onthoornen van koeien en kalveren hun welzijn bevordert. Het tegendeel is waar. Onthoornen tast de eigenheid en integriteit van het dier aan, zowel fysiek als gedragsmatig. Het komt tegemoet aan een veehouderijsysteem waar economische belangen zwaarder wegen dan dierenwelzijn; een systeem waarin dieren nauwelijks ruimte krijgen om zich te uiten. De effecten zijn veel verdergaand dan we ons realiseren en vragen een andere aanpak.
Functies van hoorns
Bij bijna alle koeienrassen groeien van nature hoorns aan de buitenkant van de schedel. Ook koeien hebben hoorns. Het is een wijdverbreid misverstand dat alleen stieren hoorns hebben.
De hoorns van runderen hebben meerdere functies:
- Ze geven het dier status, een energetische gestalte die verder gaat dan de compactheid van het fysieke lichaam. Ze dragen bij aan hun status en de plek binnen de kudde. De vorm en de stand van de horens zijn medebepalend voor de rang binnen de groep.
- Ze zijn een instrument om zich te verdedigen in ongewenste situaties en dragen daardoor bij aan een gevoel van veiligheid.
- Ze hebben een omgevingswaarnemingsfunctie, kunnen een breder gezichtsveld waarnemen en spelen een rol in de communicatie tussen de dieren.
- Ze spelen een belangrijke rol bij de stofwisseling, hebben een verbinding met de magen. Als een koe gaat herkauwen worden de hoorns warm.
- Ze spelen een rol bij het op orde houden van de warmtehuishouding.
- Ze hebben een antennefunctie met de kosmos bij het opvangen van kosmische energie ter bevordering van hun vitaliteit en welbevinden.
Marieke de Vrij: ‘De punt van de hoorn van een rund is zeer kosmisch-gevoelig actief en de geleiding daarvan vindt via de hoorn plaats. De punten van de hoorns zijn dus het sterkste ontvangstkanaal, en de hoorn geleidt de signalen naar het kruinoppervlak van de koe. Met andere woorden, het kosmisch bewustzijn, de verbinding tussen hemel en aarde, wordt via de hoorns vormgegeven in het bewustzijnsveld van de koe zelf.
Koeien onthoornen
Tot in de jaren 70 hadden de meeste koeien nog hun karakteristieke hoorns. Door uitbreiding van de veestapel kwamen er meer koeien per leefoppervlak, met als gevolg dat onderlinge rivaliteit toenam en koeien zo nu en dan verwondingen opliepen bij onderlinge confrontaties. Dat was voor veehouders, mede op advies van veeartsen en de landbouwvoorlichtingsdienst aanleiding om de hoorns preventief af te zagen met een draadzaag. Ook werd in die periode de traditionele grupstal, waar koeien in de winter hun vaste plek hebben, vervangen door een loopstal, waar koeien dag en nacht vrij rondlopen en zelf een voerplek en rustplek uitkiezen. Als gevolg van fysieke confrontaties bij het instellen en in stand houden van de sociale rangorde, en de competitie om voer- drink- en rustplekken ontstond er vaker letsel. Dominante koeien hebben de gewoonte om ‘zwakkere stalgenoten’ op afstand te houden, vaak op hardhandige wijze, door met hun hoorns tegen de uiers te stoten. Tevens bleven koeien met grote hoorns wel eens vastzitten in het voerhek. De voerhekken die worden gebruikt zijn meestal ongeschikt voor gehoornde dieren. Een nieuwe aanleiding om hoorns af te zagen. Een extra argument voor het onthoornen van koeien is de veiligheid van de boer, en in het geval van zorgboerderijen de veiligheid van cliënten.
Koeienhoorns aan het uiteinde inkorten kan vrij pijnloos gebeuren, maar dan blijven ze wel doorgroeien. Afzagen aan de basis voorkomt doorgroei, maar is zeer pijnlijk en gaat meestal gepaard met een spuitende bloeding. De meeste veehouders kiezen toch voor onthoornen omdat de dieren dan in grotere groepen ‘socialer’ gedrag vertonen en zowel elkaar als de veehouder minder verwondingen toebrengen. Onderzoek van de Animal Sciences Group in Wageningen (2007) wijst uit dat de uitwijkafstand bij onthoornde koeien aanzienlijk kleiner is. De koeien nemen dus minder persoonlijke ruimte in als zij geen hoorns hebben dan wanneer zij wel hoorns hebben. Voor de hedendaagse bedrijfsvoering is dit een voordeel, voor dierenwelzijn niet.
Landbouw-ecoloog Ton Baars: “Een koe die veel melk moet geven, produceert meer warmte. Je zou een melkkoe enorm helpen door die hoorns te laten zitten.”
Kalveren onthoornen
Na de geboorte van een kalf is de ‘beenpit’, ook wel ‘hoornpit’ genoemd, al te zien. Normaal gesproken groeien de hoorns vanaf het eerste jaar geleidelijk uit. Ter voorkoming van de eerder beschreven problemen, alsmede de pijnlijke en bloederige aanpak, wordt sindsdien bij veel kalveren kort na de geboorte de hoornpit standaard verwijderd. Dit is in Nederland toegestaan tot een leeftijd van twee maanden. Behandeling vindt plaats via een thermocauter of brandijzer, na plaatselijke verdoving. De onthoorning veroorzaakt stress en pijn. Direct waar te nemen pijnsignalen zijn het flapperen met de oren, schudden met de kop, schuren met de kop en minder eetlust. Andere gevolgen zijn een versnelde ademhaling en hartslag, meer stresshormonen in het bloed, een verhoogde pijngevoeligheid rondom de hoornpitten en minder groei.
Veehouders mogen hun kalveren zelf onthoornen, mits dit onder aanwijzing van de dierenarts gebeurt en nadat een dierenarts de kalveren heeft verdoofd. 80% van de veehouders doet aan pijnbestrijding na de ingreep.
Het effect van onthoornen
Marieke de Vrij: ‘De hoorns zijn een wezenlijk onderdeel van een koe. Ze beschermen de zenuwuiteinden, die bijzonder fijngevoelig en ruim opgezet op het schedeldak liggen, in een heel andere constellatie dan wij als mens gevormd zijn. Wij hebben een schedel en daaronder bevinden zich de hersenen. Een koe heeft qua herseninhoud een veel plompere uitdrukkingsvorm; daar is de frequentiegevoeligheid van de hersenen anders afgestemd. De zenuwuiteinden die onder de hoorns liggen, hebben een bijzonder fijnzinnige sensorische functie op het niveau van afstemming. De koe kan daarmee afstanden bepalen en energetisch screenen. De hoorns geven de koe het vermogen om via een fijne sensorische gevoeligheid afgestemd te zijn op de omgeving waarin zij zich bevindt. ’De hoorn is dus de bescherming voor die zenuwen, zoals wij bijvoorbeeld nagels hebben ter bescherming van onze vingertoppen die ook heel gevoelig zijn.’
‘Het onthoornen staat in direct verband met het thema ‘levensremming’, omdat de hoorns de vitaliteit versterken via de sensorische zenuwuiteinden die eronder liggen. Wanneer die weggehaald worden, vermindert de vitaliteit van de koe. Zij gaat langzamer bewegen dan dat zij oorspronkelijk doet. Ook neemt de tastzingevoeligheid over het hele lichaam van de koe af. De hoeven en andere delen die gehoornd zijn en normaal gesproken bescherming bieden aan fijnzintuiglijke receptoren, lijden mee door het verlies van de hoorns en de afbraak die op de zenuwuiteinden plaatsgevonden heeft. Onthoorning roept algehele matheid op. Wanneer ik kijk naar de volwassen koeien die onthoornd worden, maar waar de zenuwen niet ‘uitgeboord’ worden, dan zie ik dat ze lakser worden in bewegen, zich minder kunnen concentreren op hun richting (levert vermoeidheid op) en minder afgestemd zijn. Hun richtingsgevoel wordt ook meer diffuus. Mijn beelden zijn, dat deze zintuigen in eerste instantie naar buiten toe gericht zijn.
Ook de vergeetachtigheid neemt toe, doordat het herinneringsvermogen (van het ergens op afgestemd zijn) vervalt. Door het onthoornen is er geen gezond afscheidingssysteem meer tussen de zenuwuiteinden en de omgeving waarin ze verkeren. Daarom zijn deze dieren vaak ook heel lusteloos en niet ‘aanspreekbaar’ en hebben ze de neiging hun hoofd dieper te laten hangen dan dieren die de hoorns nog hebben of in een eerder stadium onthoornd of ontpit zijn. Er ontstaat een soort extra vermoeidheid van het hoofd, als gevolg van de open zenuwmassa die dan nog maar een kleine afdichting heeft. Het voelt geprikkeld en nerveus aan en leidt tot een verzwakt gestel. Van nature hoorndragende dieren zijn door het onthoornen een minder lang leven beschoren.’ ‘Ingrepen op steeds jongere leeftijd leiden tot een diepe beschadiging van het vertrouwen dat dieren normaal gesproken hebben in hun omgeving. Dit veroorzaakt trauma’s die tot op zielsniveau doorwerken en maakt dat de groepsgeest, in hun collectieve samenheid, een steeds diepere inetsing van traumata ondervindt die tijdens het aardse leven zelf niet meer te herstellen zijn.
Koeien worden onthoornd om te voorkomen dat ze elkaar verwonden of elkaar op storende wijze benaderen en bejegenen, maar dat is vaak een gevolg van de wijze waarop wij ze huisvesten en met hen omgaan. Onthoornen gebeurt vanuit welzijnsoogpunt, omdat we denken dat ze elkaar dan minder verwonden, maar in feite is het een ernstiger vorm van aantasting van hun welzijn. Economische motieven en belangen voeren de boventoon, want als koeien energetisch minder goed afgestemd kunnen zijn op hun omgeving, dan levert dat bedrijfseconomische voordelen op. Bij voldoende leefruimte en een omgeving waarin ze onderling op natuurlijke wijze sociaal gedrag kunnen vertonen, is het onthoornen geen noodzakelijkheid maar eerder een kwaad.’
Boerenwijsheid uit de dagelijkse praktijk
De familie Van der Voort, van de Remeker kaasboerderij in Lunteren, heeft een melkveehouderijbedrijf met ongeveer 100 koeien en een kaasmakerij. Zij kiezen heel bewust voor het niet-onthoornen van hun vee. Jan Dirk en Irene van der Voort zeggen hierover: “De hoorns van de koeien spelen een belangrijke rol. Hoorns zijn van binnen hol en staan in verbinding met andere holten in de kop. Neem je een hoorn onder de loep, dan kun je goed zien dat zich in ongeveer 2/3 van de hoorn levend weefsel bevindt dat doorbloed is. De hoorn zelf fungeert ook als voorraadruimte van mineralen. Als de koeien herkauwen, vindt er via het bloed, dat ook door het weefsel in de hoorns loopt, uitwisseling plaats van mineralen. De hoorns raken dan meer doorbloed en worden warmer.“
“Wij merken dat de gehoornde dieren beter de wisselingen in het weer, en daardoor de wisselende samenstelling van het gras (suikers/eiwit/structuur), kunnen bufferen. De mest is daardoor beter verteerd en ruikt lekkerder. De hoorns leveren een belangrijke bijdrage aan de toename van gewenste-, en afname van ongewenste bacteriën in de melk. Uiteindelijk is dat terug te proeven in de kaas, die haar geheimen prijsgeeft vanuit die pure smaak.“
Stijgbeelden
Kun je de invloed van het onthoornen aantonen in de kwaliteit van de melk van een koe?
Onderzoeker Roelant de Vletter werkt met stijgbeelden; een onderzoeksmethode die een vloeistof laat opstijgen in een vel filtreerpapier en dat vervolgens plaatst in zilvernitraat. Het filtreerpapier reageert met de vloeistof en dan ontwikkelt zich een kenmerkend beeld dat vaak wonderschoon is. Hij heeft dit onderzoek uitgevoerd met melk vandrie verschillende koeien uit eenzelfde stal; een hoorndragende koe, een onthoornde koe en een hoornloos-gefokte koe. Verzorging, voer, weide, stal en boer waren voor alle drie de koeien gelijk. De melk laat zien hoe ingrijpend het onthoornen is; bij deze koemelk was het stijgbeeld namelijk leeg. Bij de gehoornde koe was een sprankelend, levendig beeld zichtbaar, dat duidt op veel vitaliteit. Bij de hoornloos gefokte koe was het stijgbeeld van de rauwe melk nagenoeg leeg een teken van geringe vitaliteit.
Nog steeds geen verbod op onthoornen
In 2015 heeft de Partij voor de Dieren gepleit voor een verbod op het onthoornen van kalveren, maar de toenmalige staatssecretaris heeft de verantwoordelijkheid bij de sector gelaten. Pijnbestrijding na het onthoornen gebeurt nog immer op basis van vrijwilligheid. Met de sector is afgesproken dat er wordt ingezet op alternatieven, zoals het versneld invoeren van hoornloze dieren en het ontwikkelen van andere houderijsystemen, waardoor onthoornen minder noodzakelijk wordt. Vanuit oogpunt van dierenwelzijn en de waardigheid van het dier is het fokken van hoornloze rassen geen optie. Rest dus het veehouderijsysteem aan te passen.