Damherten veroorzaken in en rond de Amsterdamse Waterleidingduinen al vele jaren hinder en overlast. Het betreft schade aan waardevolle vegetatie in de duinen zelf, schade aan tuinen van omwonenden, schade aan landbouwgewassen in de omgeving en verkeershinder. Het aantal damherten nam sinds 2011 toe, met ongeveer 550 dieren tot circa 2000, in het voorjaar van 2013. In de winter stierven 200 dieren door voedseltekort.

Sinds de plaatsing van een hekwerk rond het natuurgebied is het aantal verkeersincidenten spectaculair gedaald en lijkt het aantal klachten af te nemen. Ook de landbouw in de omgeving profiteerde van de hekken, hetgeen resulteerde in een daling van het aantal schadeclaims. Daarmee is de overlast overigens niet voorbij. De gemeenteraad van Amsterdam heeft in september 2013 besloten om bij de provincies Noord- en Zuid-Holland op korte termijn een vergunning tot afschot van het overschot aan damherten aan te vragen en te onderzoeken of overplaatsing naar Oost-Europa haalbaar is.

Is afschieten een oplossing voor het probleem?

Damherten zijn van nature grazers die een groot gebied bestrijken. Bij voedseltekorten zorgt hun ongebreidelde levenslust ervoor dat zij hun territorium uitbreiden. Daarbij houden ze zich niet aan de grenzen van de natuurgebieden waarbinnen ze oorspronkelijk leefden. Zij gaan dan ook op zoek naar voedsel in tuinen van omwonenden van het natuurgebied.

Voor de aanpak van de overlast zijn volgens Marieke de Vrij slechts twee oplossingen denkbaar: Op een zo natuurlijk mogelijke wijze meer voedsel aanreiken binnen het betreffende gebied óf de dieren vangen en verplaatsen naar gebieden waar voldoende ruimte is voor het handhaven van deze diersoort, eventueel buiten Nederland. Afschieten is ethisch gezien geen oplossing.

Het bejagen en slachten van damherten wordt vanuit bepaalde kringen gezien als een meer verantwoorde en diervriendelijke wijze van vleesproductie dan de intensieve veehouderij, omdat deze dieren hun hele leven buiten verblijven in een natuurgebied. Marieke de Vrij zegt daarover: “Voor de overlevingsbehoefte van mensen heb je geen vlees nodig, ook geen hertenvlees. Wie wil slachten zal het niet laten, maar wie in dieren geïnteresseerd is, gunt het dier een ruimer leven en is slachten daardoor taboe. Vanuit het dier gezien is het een bevrijdende optie om het een ruimer gebied toe te kennen. En wij mensen kunnen prima vegetarisch eten.”

Overigens wijzen sommige onderzoekers erop dat het transport bij overplaatsing naar andere gebieden niet bevorderlijk is voor het welzijn van deze dieren, ook al is het van tijdelijke aard.

Kopschuw

Ter beperking van de overlast is er om het natuurgebied een groot hek geplaatst. Opmerkelijk was dat de dieren die het oude uitzwermgebied gewend waren niet meteen op zoek gingen naar een nieuwe uitwijkruimte maar bij het hek bleven en verhongerden. Er zijn zo honderden dieren in het vroege voorjaar gestorven aan voedselgebrek. Hoe is dit te verklaren? Zijn ze al zo gedegenereerd dat ze niet meer op zoek gaan naar andere gebieden, terwijl ze dit vanuit hun oorspronkelijke gedrag wel zo zouden hebben gedaan? Marieke de Vrij: “Damherten zijn kopschuwe dieren. Ze blijven hangen op de grens van gebieden waarin ze eens veilig doorgedrongen zijn; gebieden die ze in liefde gekoesterd hebben. Een nieuw leefterrein zoeken voor paring en voor voedselopname geeft onrust in een kudde. Het is net alsof ze de andere gebieden als ongeschikt beleven vanuit de gedachte dat daar niet voldoende voedsel is.
De over de doorgaande weg naar Zandvoort gecreëerde natuurbrug naar een uitloopgebied in een aangrenzend duingebied is te lang, waardoor de damherten weer schuw worden. Het is alsof het ontbreken van overzicht over wáár ze naartoe gaan angst oproept. Als je bij het uitloopgebied ruimtelijke landschapsfoto’s op het hekwerk aanbrengt (doeken met foto’s van damherten ver weg en van wat er een stuk verderop te eten valt), dan haal je ze over. Je moet een soort fata morgana scheppen.”

Inspiraties van Marieke de Vrij (Maatschappelijk Raadsvrouw Stichting De Vrije Mare), bewerkt door Wim Van Oort (Ambassadeur Dierenwelzijn Stichting De Vrije Mare). augustus 2013.

Deel dit!

Deel dit bericht met geïnteresseerden